Overzicht

Rechtbank Limburg verlengt afkoelingsperiode en wijst observator aan

Rechtbank Limburg verlengt afkoelingsperiode en wijst observator aan

De onderneming in deze zaak heeft de rechtbank verzocht om de eerder afgekondigde afkoelingsperiode te verlengen. Op 12 februari 2021 werd een afkoelingsperiode voor 4 maanden afgekondigd. Voor afloop van de afkoelingsperiode heeft de onderneming om verlenging verzocht.

Lees de volledige uitspraak hier.

Meld u aan om de volledige video te bekijken!

Bekijk volledige video

Gelukt!

je wordt automatisch doorverwezen naar de video

Oeps! Er is iets misgegaan bij het versturen van dit formulier.

Verzoek tot verlenging afkoelingsperiode

Voor toewijzing van een verzoek tot verlenging moet aannemelijk worden gemaakt dat er belangrijke voortgang is geboekt in de totstandkoming van het akkoord. De onderneming geeft aan dat het akkoord feitelijk materieel is bereikt, maar dat de exacte hoogte van het aan de schuldeisers uit te keren bedrag en de exacte datum van de uitkering nog niet vaststaat.

Ook de rechtbank stelt vast dat er stappen zijn gezet in de voorbereiding van het liquidatieakkoord, namelijk het aanschrijven van alle schuldeisers en het verwerken van de reacties op de aanbiedingsbrieven. Op basis hiervan zal de rechtbank de afkoelingsperiode met 4 maanden verlengen omdat de voorbereiding van akkoord nog enige tijd zal vergen.

Verzoek tot aanwijzen observator

Tijdens de afkoelingsperiode heeft één van de schuldeisers, Delektro, de rechtbank verzocht om het faillissement van de onderneming uit te spreken. Door de afkoelingsperiode is deze faillissementsaanvraag geschorst. Delektro heeft het verzoek tot verlenging ingezien en heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen dit verzoek.

Op basis van de ingediende stukken heeft Delektro de rechtbank verzocht om een observator aan te stellen. Zij geeft hierbij aan dat de informatievoorziening en financiële onderbouwing beperkt is. Ook is zij van mening dat alleen de mogelijkheid tot kwijtschelding is onderzocht. Daarnaast heeft een andere schuldeiser ook geklaagd over het ontbreken van taxatierapporten van de inventaris en voorraden.  

De rechtbank bepaalt dat een observator aangesteld wordt. Deze observator moet toezicht houden op de totstandkoming van het akkoord en daarbij oog hebben voor de belangen van de gezamenlijke schuldeisers. Ondanks dat de onderneming heeft aangegeven niet de kosten van een observator te kunnen dragen, moet de onderneming de kosten van de observator voldoen.

Conclusie

De rechtbank heeft de afkoelingsperiode met 4 maanden verlengd omdat de onderneming belangrijke voortgang heeft geboekt in de totstandkoming van het akkoord. Daarnaast heeft de rechtbank een observator benoemd omdat schuldeisers hebben geklaagd over de informatievoorziening. De kosten hiervan zijn voor de onderneming.